Op vakantie draait het niet alleen om mooie plekken ontdekken, maar ook om proeven, ruiken en genieten van nieuwe smaken. Elk Europees land heeft zijn eigen specialiteiten die je écht geproefd moet hebben – van knapperige kanelbullar in Zweden tot smeuïge truffelpasta in Italië. En het mooie is: deze gerechten zijn niet alleen uniek voor de regio, maar ook ontzettend lekker. Dit zijn de lekkerste gerechten om te eten tijdens je vakantie in Europa!
In dit artikel nemen we je mee op een culinaire reis door Europa. Geen gekke of bizarre combinaties, maar juist verrassend lekkere gerechten die lokaal geliefd zijn en perfect passen bij jouw vakantiebestemming. Of je nu houdt van hartig comfort food, luchtige gebakjes of verfijnde klassiekers – er zit gegarandeerd iets tussen dat je wilt proberen. Dus pak je vork en je reiskoffer, want dit zijn de meest bijzondere en smaakvolle gerechten die je wilt eten tijdens je vakantie in Europa. Smakelijk reizen!
Navigeer snel naar / lees meer over:
Als je op vakantie bent in Frankrijk en echt wilt proeven van de Franse keuken, dan mag Boeuf Bourguignon niet ontbreken op je culinaire bucket list. Dit stoofgerecht komt uit de Bourgogne en is inmiddels wereldberoemd als een van de lekkerste traditionele Franse gerechten.
Boeuf Bourguignon is een smaakvolle stoof van rundvlees, langzaam gegaard in rode wijn (uit de Bourgogne natuurlijk), samen met spek, champignons, wortel, ui en knoflook. Het geheim zit ‘m in de lange bereidingstijd, waardoor het vlees boterzacht wordt en de saus heerlijk rijk en vol van smaak. Serveer het met aardappelpuree, een stuk knapperig stokbrood of gewoon zoals de Fransen het doen: met liefde en een goed glas rode wijn erbij.
Wie Italië zegt, zegt pasta. En voor de fijnproevers onder ons is er één pastagerecht dat er met kop en schouders bovenuit steekt: truffelpasta, oftewel pasta al tartufo. Deze verrukkelijke pasta met verse truffel is een van de meest bijzondere en decadente gerechten die je kunt proeven tijdens je vakantie in Italië.
Truffelpasta is het paradepaardje van de regio’s Umbrië, Toscane en Piemonte, waar truffels in het wild worden gezocht met getrainde honden. Het gerecht is meestal eenvoudig van opzet: verse tagliolini of tagliatelle met boter, Parmezaanse kaas en flinterdunne plakjes verse zwarte of witte truffel. Geen ingewikkelde saus, maar puur natuur. En geloof ons: dat proef je!
Ben je op vakantie in Portugal en wil je echt iets typisch eten? Zet dan Bacalhau à Brás bovenaan je lijstje. Dit geliefde gerecht met gezouten kabeljauw (bacalhau), ui, ei en dunne frietjes is een van de meest geserveerde én meest smaakvolle gerechten van het land.
Volgens de Portugezen zijn er meer dan 365 manieren om bacalhau te bereiden – één voor elke dag van het jaar – maar à Brás is misschien wel de bekendste en populairste variant. Het gerecht komt oorspronkelijk uit Lissabon en heeft zich door het hele land verspreid. Het is hartig, romig, knapperig en verrassend licht van smaak. Vaak geserveerd met olijven en peterselie voor de finishing touch.
Tijdens een vakantie in Griekenland hoort eten bij de cultuur, en één van de meest geliefde gerechten die je echt geproefd moet hebben is Spanakopita. Deze traditionele Griekse spinazietaart met feta, verse kruiden en krokant filodeeg is niet alleen heerlijk, maar ook het ultieme comfortfood.
De taart wordt vaak in driehoekige stukken gesneden, handig om mee te nemen of onderweg op te eten. Of je ‘m nu koopt bij een bakkertje in Athene, vers uit de oven krijgt op een eilandterras of meeneemt voor een picknick met zeezicht – Spanakopita smaakt altijd naar vakantie.
Als je aan Hongarije denkt, denk je aan Goulash. Dit iconische gerecht – in het Hongaars gulyás genoemd – is veel meer dan zomaar een stoofpotje. Het is een hartige, kruidige soep van rundvlees, aardappelen, paprika, ui en karwijzaad, langzaam gekookt tot alles zacht en smaakvol is.
Wat Goulash zo bijzonder maakt, is dat het een kruising is tussen een soep en een stoof – perfect voor wie van comfortfood houdt met een robuuste smaak. Het gerecht is ontstaan onder de herders van de Hongaarse poesta’s en is inmiddels wereldwijd geliefd.
Als je op vakantie bent in Polen, móet je een bord Pierogi bestellen. Deze gevulde deegkussentjes zijn het nationale gerecht van Polen en worden in het hele land met trots en liefde geserveerd. Vergelijk het met dumplings of ravioli, maar dan op z’n Pools – rijk gevuld, huisgemaakt en op eindeloos veel manieren bereid.
De klassiekers zijn pierogi ruskie (met aardappel, ui en witte kaas), maar je vindt ze ook met vlees, zuurkool en champignons, spinazie, of juist met zoete vulling zoals kersen of bosbessen. Ze kunnen gekookt, gebakken of zelfs gefrituurd worden geserveerd – altijd met een royale lepel zure room.
Als je op vakantie bent in Spanje, dan móet je een keer paella de marisco eten. Deze beroemde Spaanse rijstschotel met zeevruchten komt oorspronkelijk uit Valencia en is inmiddels uitgegroeid tot een culinair symbool van het hele land. Denk: geurige saffraanrijst, mosselen, gamba’s, inktvis en schelpdieren – geserveerd in een grote ronde pan waar je samen van eet.
Paella is een feestmaal dat in Spanje vooral op zondag of bij speciale gelegenheden wordt gegeten. Hoewel er ook varianten met vlees bestaan (zoals paella mixta of paella valenciana), is de versie met alleen zeevruchten een favoriet onder visliefhebbers én een lichtere optie in de zomerzon.
Een vakantie in Wenen is niet compleet zonder een punt Sachertorte. Deze legendarische chocoladetaart met abrikozenjam en een glanzende laag pure chocoladeglazuur is een van de meest iconische desserts ter wereld. Geserveerd met een toefje ongezoete slagroom is het dé klassieke pauze voor koffieliefhebbers en zoetekauwen.
De taart werd in 1832 gecreëerd door Franz Sacher voor prins Metternich, en is sindsdien uitgegroeid tot een culinair symbool van Oostenrijk. Je eet 'm uiteraard het best in Hotel Sacher in Wenen, waar het originele recept nog steeds wordt bewaard als een goedbewaard geheim.
Als je aan Portugese lekkernijen denkt, dan denk je aan de Pastel de nata. Deze kleine, ronde custardtaartjes met bladerdeeg zijn knapperig van buiten en romig van binnen – en absoluut onweerstaanbaar. Bestrooid met een snufje kaneel en poedersuiker zijn ze het ultieme tussendoortje bij een espresso of galão (Portugese latte).
De oorsprong van dit gebakje ligt in Belém, een wijk in Lissabon, waar de beroemde Pastéis de Belém nog steeds volgens geheim recept worden gebakken. De pastel werd ooit bedacht door monniken, die eidooiers overhielden na het stijven van was met eiwit. Zo ontstond een van de populairste zoetigheden van Europa.
In Zweden is het geen koffie zonder Kanelbulle. Deze zachte, geurige kaneelbroodjes zijn een onmisbaar onderdeel van de Zweedse cultuur – vooral tijdens de beroemde fika, het dagelijkse koffiemomentje met iets lekkers erbij.
Een kanelbulle is geen gewone kaneelrol. Het deeg is luchtiger en kruidiger dan je misschien gewend bent, vaak op smaak gebracht met kardemom en vers gedraaid tot een knoopvorm. Bestrooid met parelsuiker en licht gekarameliseerd is dit het ultieme Scandinavische comfortgebakje.
Of het nu gaat om een tripje naar de zon of naar de sneeuw, voor Anne is het al goed als je op de bestemming maar uitgebreid foto’s kunt maken en iets nieuws kunt ervaren. Er bestaan zoveel mooi plekken op de wereld en er is dus ook nog zo veel om te ontdekken. Waar de volgende vakantie heen gaat? Dat is bij Anne altijd op tijd geregeld, want haar wensenlijstje is erg lang! De enige bestemming waar ze zeker jaarlijks altijd een paar vakantiedagen voor opoffert is haar geboorteland: Oostenrijk.
